Oceans Park
Bouwaanvraag
OCEANS PARK stelt voor de overmaat van ruimte te supprimeren en om te bouwen tot een natuurlijke, verwilderde bron van verkoeling voor de stad Brussel en zijn inwoners. De gedeeltelijke leegstand en het water hebben de potentie van een waterpark. OCEANS PARK is het grootste natuurlijke waterpark van Europa, met de hoogste waterglijbaan ter wereld. De bomen en planten zijn aangepast aan de natte conditie. De bovenste verdiepingen blijven in gebruik door de pensioendienst. Wie naar de Zuidertoren komt om te werken staat in werkpak naast de badgast in zwembroek in de lift.
De Bouwaanvraag neemt ongevraagd actie en bevraagt daardoor de afwachtende positie van de architect in een hedendaags discours over kwalitatieve publieke ruimte. De attitude in het ontwerp is het uitgangspunt, de kracht van de architectuurpraktijk het middel. Vanuit deze optiek is de Bouwaanvraag een uitnodiging, een gesprekspartner en eigenlijk ook een geschenk.
In samenwerking met Olivier Goethals en Laura Muyldermans.
Met dank aan: Maarten van den Driessche, Joris Kerremans, Bart Decroos, Jan Minne, Valentijn Goethals.
Medewerkers en deelnemers Summer School: Tina De Keyser, Jasmien De Ryck, Lucas D'haen, Niels Francq, Hannah Gordts, Julie Helewaut, Kaat Janssens, Laure Machtelinckx, Amelie Thomas, Jeffa Vandecasteele, Amber Van de Rostyne, Jonne Van Roy, Lode Vertongen, David Vrambout, Lena Usala.
Joris Vandenhaute.
Dit project kwam tot stand met de steun van UGent - Vakgroep Architectuur en Stedenbouw, KU Leuven - Departement Architectuur, de Stadsbouwmeester Gent, 019-Ghent en het kunstendecreet van de Vlaamse Gemeenschap.
Van zodra je uit het station Brussel-Zuid komt bots je op de Zuidertoren, een spiegelende glasgevel van 150 meter hoog, het hoogste kantoorgebouw van België.
De Zuidertoren / La Tour du Midi werd voltooid in 1967 en wordt vandaag de dag vooral ingenomen door kantoren van de pensioendienst van de Federale Overheid, vandaar ook de bijnaam ‘Pensioentoren’. Naast de anonieme toren staat een klein volume dat de ingang vormt, en een veelhoekig gebouw met vier bouwlagen. Deze wordt met de toren verbonden door een private loopbrug op hoogte. Hoewel het geheel optelt tot een indrukwekkende 375.000 m³ nuttig volume, wordt de oppervlakte van de Zuidertoren onderbenut, en schrijft zich zo in een Brusselse trend waar een veelvoud van kantoorgebouwen en industriële panden onderbenut worden of leegstaan.
De smallere sokkel van de betonnen kolos landt in een stenige waterpartij, die voor de koeling van de toren zorgt. In de zinderende Brusselse zomers kan een toevallige passant naast het geklater van de fontein van Jacques Moeschal met wat geluk kinderhanden horen spetteren. Tijdens hete zomerdagen kan je er als één van de weinige plekken in de stad verkoeling zoeken. Daar waar elke belangrijke stad in Europa publieke openluchtzwembaden heeft, sloot Brussel in september 2018 definitief de deuren van het laatste openluchtzwembad Océade, voor het prestigieuze vastgoedproject Neo.
De vloeren en gevels van de onderste 10 verdiepen worden gestript tot op de naakte schoonheid van de bijzondere structuur van de toren. Met de billen bloot wordt de toren deels omgetoverd tot een waterpark dat de volledige contour van de ondergrondse ruimte inneemt en de grootte van de toren waardig is.
De gebouwen die het maaiveld bezetten worden samen met de ondergrondse verdiepen tot op de structuur gesloopt om plaats te maken voor een omvangrijke en natuurlijke wereld. De oude funderingen worden omringd door een wonderlijk onderwaterbos, bevolkt door scholen zoetwatervissen, wieren en andere waterplanten. Natuurlijke submariene hellingen zorgen voor brede bereikbare oevers. Vlak boven de waterspiegel komt men via een pad van roostering de monumentale inkomhal binnen. Links spelen kinderen onder een waterval, rechts slapen de schildpadden in de zon. Boven de bezoekers begint een hangende tuin van 40 meter hoog.
De kern van de toren wordt ontdaan van overbodige dienstruimtes. Zes glazen liften staan centraal in de toren, en brengen badgasten en kantoorlui samen. Een passerelle leidt naar het verhoogde Olympische zwembad. Vanaf deze hoogte start een druipende hangende tuin. Aan de ontmantelde structuur hangen grote jute zakken, gevuld met allerhande klim- en hangplanten. Op het dak van de toren wordt een waterbak geïnstalleerd dat zorgt voor actieve koeling van de kantoren. Een fontein spuit het opgepompte water de lucht in, waterdruppels verstuiven de omliggende verharding.
Het vallende water legt doorheen de plantzakken en de kanaaltjes een zuiverende weg af naar de vijver beneden. Op de betonnen structuur vormen zich stalactieten en stalagmieten. Het geheel voelt aan als een verheven grot met uitzicht op Brussel, gehuld in groen en constant gedrup.
Bovenaan het hangende park wacht de keuze verder te stijgen of terug af te dalen. Wie hogerop naar kantoor wil gaan identificeert zich langs toegangspoortjes. De daler staat voor het grootste spektakel. Een cirkelende waterglijbaan, de hoogste ter wereld, neemt hem terug helemaal mee naar beneden, recht naar de natuurvijver met spelende kinderen en zonnende schildpadden.
Van zodra je uit het station Brussel-Zuid komt bots je op de Zuidertoren, een spiegelende glasgevel van 150 meter hoog, het hoogste kantoorgebouw van België.
De Zuidertoren / La Tour du Midi werd voltooid in 1967 en wordt vandaag de dag vooral ingenomen door kantoren van de pensioendienst van de Federale Overheid, vandaar ook de bijnaam ‘Pensioentoren’. Naast de anonieme toren staat een klein volume dat de ingang vormt, en een veelhoekig gebouw met vier bouwlagen. Deze wordt met de toren verbonden door een private loopbrug op hoogte. Hoewel het geheel optelt tot een indrukwekkende 375.000 m³ nuttig volume, wordt de oppervlakte van de Zuidertoren onderbenut, en schrijft zich zo in een Brusselse trend waar een veelvoud van kantoorgebouwen en industriële panden onderbenut worden of leegstaan.
De smallere sokkel van de betonnen kolos landt in een stenige waterpartij, die voor de koeling van de toren zorgt. In de zinderende Brusselse zomers kan een toevallige passant naast het geklater van de fontein van Jacques Moeschal met wat geluk kinderhanden horen spetteren. Tijdens hete zomerdagen kan je er als één van de weinige plekken in de stad verkoeling zoeken. Daar waar elke belangrijke stad in Europa publieke openluchtzwembaden heeft, sloot Brussel in september 2018 definitief de deuren van het laatste openluchtzwembad Océade, voor het prestigieuze vastgoedproject Neo.
De vloeren en gevels van de onderste 10 verdiepen worden gestript tot op de naakte schoonheid van de bijzondere structuur van de toren. Met de billen bloot wordt de toren deels omgetoverd tot een waterpark dat de volledige contour van de ondergrondse ruimte inneemt en de grootte van de toren waardig is.
De gebouwen die het maaiveld bezetten worden samen met de ondergrondse verdiepen tot op de structuur gesloopt om plaats te maken voor een omvangrijke en natuurlijke wereld. De oude funderingen worden omringd door een wonderlijk onderwaterbos, bevolkt door scholen zoetwatervissen, wieren en andere waterplanten. Natuurlijke submariene hellingen zorgen voor brede bereikbare oevers. Vlak boven de waterspiegel komt men via een pad van roostering de monumentale inkomhal binnen. Links spelen kinderen onder een waterval, rechts slapen de schildpadden in de zon. Boven de bezoekers begint een hangende tuin van 40 meter hoog.
De kern van de toren wordt ontdaan van overbodige dienstruimtes. Zes glazen liften staan centraal in de toren, en brengen badgasten en kantoorlui samen. Een passerelle leidt naar het verhoogde Olympische zwembad. Vanaf deze hoogte start een druipende hangende tuin. Aan de ontmantelde structuur hangen grote jute zakken, gevuld met allerhande klim- en hangplanten. Op het dak van de toren wordt een waterbak geïnstalleerd dat zorgt voor actieve koeling van de kantoren. Een fontein spuit het opgepompte water de lucht in, waterdruppels verstuiven de omliggende verharding.
Het vallende water legt doorheen de plantzakken en de kanaaltjes een zuiverende weg af naar de vijver beneden. Op de betonnen structuur vormen zich stalactieten en stalagmieten. Het geheel voelt aan als een verheven grot met uitzicht op Brussel, gehuld in groen en constant gedrup.
Bovenaan het hangende park wacht de keuze verder te stijgen of terug af te dalen. Wie hogerop naar kantoor wil gaan identificeert zich langs toegangspoortjes. De daler staat voor het grootste spektakel. Een cirkelende waterglijbaan, de hoogste ter wereld, neemt hem terug helemaal mee naar beneden, recht naar de natuurvijver met spelende kinderen en zonnende schildpadden.
Van zodra je uit het station Brussel-Zuid komt bots je op de Zuidertoren, een spiegelende glasgevel van 150 meter hoog, het hoogste kantoorgebouw van België.
De Zuidertoren / La Tour du Midi werd voltooid in 1967 en wordt vandaag de dag vooral ingenomen door kantoren van de pensioendienst van de Federale Overheid, vandaar ook de bijnaam ‘Pensioentoren’. Naast de anonieme toren staat een klein volume dat de ingang vormt, en een veelhoekig gebouw met vier bouwlagen. Deze wordt met de toren verbonden door een private loopbrug op hoogte. Hoewel het geheel optelt tot een indrukwekkende 375.000 m³ nuttig volume, wordt de oppervlakte van de Zuidertoren onderbenut, en schrijft zich zo in een Brusselse trend waar een veelvoud van kantoorgebouwen en industriële panden onderbenut worden of leegstaan.
De smallere sokkel van de betonnen kolos landt in een stenige waterpartij, die voor de koeling van de toren zorgt. In de zinderende Brusselse zomers kan een toevallige passant naast het geklater van de fontein van Jacques Moeschal met wat geluk kinderhanden horen spetteren. Tijdens hete zomerdagen kan je er als één van de weinige plekken in de stad verkoeling zoeken. Daar waar elke belangrijke stad in Europa publieke openluchtzwembaden heeft, sloot Brussel in september 2018 definitief de deuren van het laatste openluchtzwembad Océade, voor het prestigieuze vastgoedproject Neo.
De vloeren en gevels van de onderste 10 verdiepen worden gestript tot op de naakte schoonheid van de bijzondere structuur van de toren. Met de billen bloot wordt de toren deels omgetoverd tot een waterpark dat de volledige contour van de ondergrondse ruimte inneemt en de grootte van de toren waardig is.
De gebouwen die het maaiveld bezetten worden samen met de ondergrondse verdiepen tot op de structuur gesloopt om plaats te maken voor een omvangrijke en natuurlijke wereld. De oude funderingen worden omringd door een wonderlijk onderwaterbos, bevolkt door scholen zoetwatervissen, wieren en andere waterplanten. Natuurlijke submariene hellingen zorgen voor brede bereikbare oevers. Vlak boven de waterspiegel komt men via een pad van roostering de monumentale inkomhal binnen. Links spelen kinderen onder een waterval, rechts slapen de schildpadden in de zon. Boven de bezoekers begint een hangende tuin van 40 meter hoog.
De kern van de toren wordt ontdaan van overbodige dienstruimtes. Zes glazen liften staan centraal in de toren, en brengen badgasten en kantoorlui samen. Een passerelle leidt naar het verhoogde Olympische zwembad. Vanaf deze hoogte start een druipende hangende tuin. Aan de ontmantelde structuur hangen grote jute zakken, gevuld met allerhande klim- en hangplanten. Op het dak van de toren wordt een waterbak geïnstalleerd dat zorgt voor actieve koeling van de kantoren. Een fontein spuit het opgepompte water de lucht in, waterdruppels verstuiven de omliggende verharding.
Het vallende water legt doorheen de plantzakken en de kanaaltjes een zuiverende weg af naar de vijver beneden. Op de betonnen structuur vormen zich stalactieten en stalagmieten. Het geheel voelt aan als een verheven grot met uitzicht op Brussel, gehuld in groen en constant gedrup.
Bovenaan het hangende park wacht de keuze verder te stijgen of terug af te dalen. Wie hogerop naar kantoor wil gaan identificeert zich langs toegangspoortjes. De daler staat voor het grootste spektakel. Een cirkelende waterglijbaan, de hoogste ter wereld, neemt hem terug helemaal mee naar beneden, recht naar de natuurvijver met spelende kinderen en zonnende schildpadden.