
Tuinen van Stene
Ontwerp van een uitkijktoren in het landbouwpark Tuinen van Stene
Wedstrijd in het kader van de Oproep WinVorm 18, voor de Stad Oostende.
De site balanceert op het randje van de KMO-zone en de Tuinen van Stene. De toren wordt een toegang tot de Tuinen, èn een intermediair tussen baanwinkel en achterliggend landschap. Door positie te kiezen, willen we geen voor- en achterzijde definiëren, maar toegangen mogelijk maken.
De wandeling mag even belangrijk worden als het zicht zelf. Want door de wandeling, kunnen we even afstand nemen tot het landschap.
Hoe meer je stijgt, hoe lichter de structuur rondom wordt.
In samenwerking met johansen skovsted arkitekter en UTIL struktuurstudies.
Plannen, de wandeling van beneden naar boven volgend.
We denken aan een driehoek, kloek en licht tegelijk. Een driehoek toont zich aan elke zijde anders.
Een fietspad kruist de toren. Een hap uit de vloerplaat brengt de beleving van het water naar het midden van de toren.
Plannen, de wandeling van beneden naar boven volgend.
We denken aan een driehoek, kloek en licht tegelijk. Een driehoek toont zich aan elke zijde anders.
Een fietspad kruist de toren. Een hap uit de vloerplaat brengt de beleving van het water naar het midden van de toren.
Plannen, de wandeling van beneden naar boven volgend.
We denken aan een driehoek, kloek en licht tegelijk. Een driehoek toont zich aan elke zijde anders.
Een fietspad kruist de toren. Een hap uit de vloerplaat brengt de beleving van het water naar het midden van de toren.







Hoe hoger, hoe meer de trap als een omgekeerde ziggurat steeds verder naar de rand toe gaat.
De trappen krijgen steeds een eigen ritme. De helling wordt steeds zachter. Een wandeling die zijn tijd mag nemen.
Hoe hoger, hoe meer de trap als een omgekeerde ziggurat steeds verder naar de rand toe gaat.
De trappen krijgen steeds een eigen ritme. De helling wordt steeds zachter. Een wandeling die zijn tijd mag nemen.
Hoe hoger, hoe meer de trap als een omgekeerde ziggurat steeds verder naar de rand toe gaat.
De trappen krijgen steeds een eigen ritme. De helling wordt steeds zachter. Een wandeling die zijn tijd mag nemen.


Een loodrechte structuur in een driehoekige figuur. Door de positie van de kolommen, verglijdt de gevel afhankelijk van de oriëntatie.
De toren toont zich aan elke zijde anders. Een driehoek, die nu eens lichter dan weer massiever lijkt.
Een loodrechte structuur in een driehoekige figuur. Door de positie van de kolommen, verglijdt de gevel afhankelijk van de oriëntatie.
De toren toont zich aan elke zijde anders. Een driehoek, die nu eens lichter dan weer massiever lijkt.
Een loodrechte structuur in een driehoekige figuur. Door de positie van de kolommen, verglijdt de gevel afhankelijk van de oriëntatie.
De toren toont zich aan elke zijde anders. Een driehoek, die nu eens lichter dan weer massiever lijkt.



Stap voor stap.
De toren is opgebouwd uit 1320 kolommen met maat 63 x 150 mm, hoogte 3,3 m. Portieken worden door horizontale liggers verbonden.
Op het hoogste punt is de toren 6 portieken hoog. Een vloer op de roostering maakt een platform of een dak boven het hoofd.
Stap voor stap.
De toren is opgebouwd uit 1320 kolommen met maat 63 x 150 mm, hoogte 3,3 m. Portieken worden door horizontale liggers verbonden.
Op het hoogste punt is de toren 6 portieken hoog. Een vloer op de roostering maakt een platform of een dak boven het hoofd.
Stap voor stap.
De toren is opgebouwd uit 1320 kolommen met maat 63 x 150 mm, hoogte 3,3 m. Portieken worden door horizontale liggers verbonden.
Op het hoogste punt is de toren 6 portieken hoog. Een vloer op de roostering maakt een platform of een dak boven het hoofd.







